als vrouw
zo krachtig
in haar eenvoud
is haar omvang
zo allemachtig
als een Rubens
zie ik haar
de schoonheid
van veel en
al haar vormen
die mijn gevoelens
bestormen
haar woeste haren
maken mij ruig
en met
de spanning
van haar
blanke vel
blijft mijn tong
plakken aan
mijn droge huig
met haar diepe
glazige ogen
is zij als
een vragend beeld
met een koele
passie mij nemend,
zij die mij
nimmer verveeld
– julius dreyfsandt zu schlamm