Nadat ik een peu mourir had gedaan bij dit partir moest er 'natuurlijk' vervanging komen.
Daar ik te weinig kilometers rijd voor een Veyron en een Corsa boven mijn beoogde budget viel stuitte mijn oog al gauw op een advertentie op Marktplaats; een keurig Ford Mondeootje uit 1996.
"Prima in de lak," volgens de handelaar; "en weinig kilometers."
Naïef als ik ben was en behept met een bijzonder talent voor technische onkunde begaf ik me naar Castraticum alwaar mijn aanstaande BettyFord* al gewillig op me stond te wachten voor een proefrit.
En het was waar; achttien jaar jong en toch maar 73.000 km. (!) op de teller. En dat allemaal voor slechts €700.– Spekkoper!
Terwijl ik een krabbel plaatste onderaan de verkoopovereenkomst vroeg ik me even hardop af of ik me niet door euforie had laten leiden ("zò weinig kilometers in zoveel jaar; dat kàn toch niet kloppen?").
Louis (gevingerde naam omdat ie zo heet) stelde mij echter gerust; de auto was écht 'van een oud vrouwtje geweest' en 'ze is altijd goed onderhouden'. Voor het gemak ging ik ervan uit dat hij de auto bedoelde.
Uhuh.
*alles wat hier in huis een stekker, batterijen of anderzijds een aandrijving heeft, heet -toevallig- Betty.
Vandaar dus deze kekke woordspeling: "BettyFord".
Haha. Hoe kom ik erop? Oh, wacht.
Maar goed. De woorden 'van een oud vrouwtje geweest' in combinatie met een overjarige auto hebben op mij altijd een zalvende, bijna verlammende werking; alle wantrouwen gaat zonder pardon de deur uit en alertheid verwordt tot een abstract begrip welk is voorbehouden aan zure mensen die het geloof in de goedheid van de mens al lang geleden zijn verloren.
Met andere woorden; BettyFord was de mijne.
Goed. Na voornoemd emotioneel afscheid reed ik opgetogen naar huis in de schoot van m'n nieuwe aanwinst.
Hoera!
Diezelfde dag nog liet ik er een paar fijne, weliswaar low-budget want andere prioriteiten, lichtmetalen sloffen onder zetten et voilà: ik was het haantje mannetje.
Nadat de eerste euforie in de dagen erna tot normale proporties was geslonken begon het toch te knagen; "Zo weinig kilometers in zoveel jaar; dat kan toch niet kloppen?"
De site van het RDW bracht uitkomst. Na overmaking van –katching– €3,– en invoering van het kenteken stond daar: 'Onlogisch'. Meer niet. Tja. Dat wist ik ook wel. Daarom vroeg ik er ook naar.
Zucht.
Dan maar drastische maatregelen: de tellerstandhistorie. Wederom vijf euro en weer een week verder brachten de verlossende woorden: gèèn teruggedraaide teller en gèèn vervalste documenten.
BettyFord had daadwerkelijk maar 73.000 échte kilometers achter de rug…
Nader onderzoek liet zien dat 'het oude vrouwtje' het eerste jaar iets van 47.000 kilometer op haar geweten had maar daarna slechts gemiddeld 4.000 kilometer per jaar. 4.000! Per! Jaar!*
*Schatting; hoofdrekenen is geen Unique Selling Point van mij.
Natuurlijk had ik me dit alles kunnen besparen; de auto zit écht prima in de lak, slijtageplekken in bekleding en matten zijn haar vreemd, een keurig bijgehouden onderhoudsboekje incluis én -beter- alles wérkt gewoon; tot aan het lampje in de nooit gebruikte asbak aan toe. Hallelujah!
Moraal van dit verhaal:
- Niet alle merkloze garagehouders die Louis heten zijn louche;
- Ze bestaan écht: oude vrouwtjes die hun auto nauwelijks gebruiken;
- Dat je als een kind nét zo blij kan zijn met een oude auto als met een gloedjenieuwe;
- Maar meest aansprekende: 'oud' hoeft niet per se het equivalent te zijn van 'vervallen'. Nu ik richting de vijftig
looprijd is dat toch wel een bijzonder geruststellende gedachte … - Amen.
Terloops even het model gegoogled et voila; een orginele reclamefolder in stripvorm uit de jaren '90 van de vorige eeuw.
Hoe blij kan je een eamel krijgen? (scrollen voor de rest) ↓