Jààààààren geleden, in het Jaar des Heeren 2008, is mij gevraagd een 'column' te schrijven voor ons -inmiddels ter ziele gegane- personeelsblad waarin communicatie een leidende rol zou spelen.
Of het blad z'n ondergang heeft gevonden door de desbetreffende column is mij niet bekend.
"Prof Dr. Flip van der Wal studeerde bedrijfskunde en psychologie aan de KU Leuven en de UvA.
Hij schreef zijn proefschrift in de VS: ‘Evidence based practice and the art of communication in profit and non-profit business’. (2002).
Hij werkte enkele jaren bij het Business Institute of America in New York.
Hij adviseert de Nederlandse overheid op het gebied van communicatie en management innovatie. Regelmatig schrijft hij columns over bedrijfspsychologie in het Nieuwsblad van het Noorden.
Onlangs verscheen van zijn hand: Digitale Wartaal: Tips en Trucs voor de netwerkende ambtenaar. (2006)"
Let op deze naam: Prof. Dr. Ph. A. van der Wal. De beste man gaat nog eens heul groot worden.
Helaas mag ik vanwege een dwingende geheimhoudingsclausule hier verder niks over zeggen maar euh… briljant.
Ooit, ergens in mijn middelbare schooltijd, moest ik geheel onverwachts iets voordragen voor de klas. De desbetreffende leerkracht, een of andere Duitsewijf kenau die 't standaard op mij had voorzien, vond 't nodig mijn angst-tot-spreken-in-het-openbaar uit te buiten en dertigplus leerlingen een gegarandeerd komische ochtend te bezorgen.
Geen idee meer wat ik daar moest vertellen, ik vermoed een geheugen-blokkade, maar alles wat ik me herinner van die situatie is dat ik kennelijk vijf minuten heb staan stamelen, met tot gevolg rood aanlopen, spontane Parkinson en een collectief gedragen hilariteit.
Sindsdien kun je spreken van een trauma; ik vermijd situaties waar groepsvorming-van-meer-dan-twee-personen aan de orde is. Creatief als ik ben is me dit tot op de dag van vandaag prima gelukt. Of eigenlijk; tòt afgelopen zondag…
Ondergetekende, communicatie-medewerker in een jeugdinrichting, had de schone taak op zich genomen om, samen met een team van vrijwilligers, een soort van familie-open-dag te organiseren; collega's werden uitgenodigd om nieuwsgierige familieleden eens de binnenkant van een jeugdgevangenis te laten zien.
Beveiliging geregeld evenals de catering. Routes bepaald, sportzaal ingericht, geluid; check. So far, so good. Tot dat …
"Zeg, als jij straks het welkomstwoordje doet, wil je dan even zeggen dat men…?"
Euh. Wacht even. Time-out. Hét welkomstwoord doen?Ik? Welnee!
De baas zou immers regelen dat een afdelingshoofd of groepsleider of ..
"Nee, nee. De baas heeft gezegd dat jij als communicatiemedewerker dat soort zaken hoort te doen. Dus als je straks het woord voert, wil je dan zeggen dat…?"
Ik paniekte. Begon hevig te transpireren. Defcon One. Was maar zo'n stap verwijderd van weglopen. Naar huis. Onder een deken. Weg!
En ik zag mezelf weer voor die klas staan …
Echter, naarmate het Uur U naderde won de rede het van de paniek. "Een echte eamel loopt niet weg. Kom op, zeg. Een schop onder je hol moet je hebben! Je bent toch geen watje? Hoe geloofwaardig ben je als communicatiemedewerker als je niet eens een groepje mensen te woord kunt staan? Nou?"
En zo kon het zomaar gebeuren dat ik daar, weliswaar bloednerveus, stamelend en badend in het zweet, maar toch het woord stond te doen ten overstaan van twee keer honderdvijf-en-twintig man (+m'n trotse ouders! 😍).
En dat.. dàt was een overwinning op mezelf.
En 'de baas'? Wel, je kan een eikel zo'n clown vent een rode neus op zetten maar het blijft een eikel.