Suum Cuique Tribuere


1.


 

Het volgende verhaaltje is fictief. Uiteraard. 😂

PROLOOG.

Zomaar een gevangenis in zomaar een stad, ergens in de prille jaren van dit millennium. In deze gevangenis werkt eamel Piet, een jongeman van rond de vijf- en dertig jaar, in de functie van systeembeheerder. Piet komt oorspronkelijk van het platteland maar heeft het best naar zijn zin in die grote stad.

Hij is op dat moment nog niet zo heel lang single en heeft het daar bij tijd en wijle nog best wel eens moeilijk mee. Maar naarmate de tijd verstrijkt gaat ’t steeds beter met hem; Piet smaakt al gauw de geneugten van het singlebestaan en krijgt -ongewild- de reputatie van een casanova.

Noem het naïef maar onze hoofdpersoon is hier niet van op de hoogte: hij heeft het naar zijn zin, lacht veel, werkt vaak en blijft verre van roddel en achterklap.

Op een dag kruist zijn pad zich met die van rondborstige collega Eva.

Eva is een lust voor het oog maar behept met een bijzonder onplezierig karakter. Ze is kil, lijkt berekenend en geeft Piet bij voortduring een soort van unheimisch gevoel. Piet besluit dan ook om Eva zover en zoveel mogelijk uit de weg te gaan.

Principes hebben een beperkte houdbaarheid, naar blijkt, en zo is daar ineens zo’n situatie waarin Eva niet zo heel kil en berekenend lijkt en Piet niet zo heel erg paranoia.

Goed.

Eva is die dag vrolijk, heeft een twinkeling in haar ogen en lijkt bijzonder ontspannen.

Zij heeft zichzelf vandaag de rol van matchmaker aangemeten en vind dat Piet 'maar eens aan de vrouw moet'. Want Karin, Eva’s hartsvriendin en eveneens ‘alleen’, is relatiemateriaal en ongetwijfeld iets voor Piet. Piet, ook niet in een onaardige bui, gaat mee in haar enthousiasme en zo worden er al fluks mailadressen uitgewisseld.

Enkele weken later, onze Piet heeft inmiddels contact gehad met voornoemde Karin en dat contact is niet goed verlopen.

Eerst kort via de MSN, daarna via de telefoon. Wat ontbreekt is chemie. Met haar lachen kan hij niet -mevrouw moet humor ontberen en zeker die van Piet-, er zijn geen raakvlakken en in Piet’s ogen lijkt Karin net iets te hard op zoek te zijn naar ‘die ene ware’.

Dat kan, dat gebeurt ons allemaal wel eens, maar in Piet’s specifieke geval is dit op de verkeerde tijd met de verkeerde persoon. Exit Karin.

Niet veel later. Eva is furieus. Waarom niet met haar uitgegaan? Waarom niet vaker gebeld? Gemaild? Waarom niet dit en waarom niet dat?

Piet’s argumenten doen er niet toe. Eva besluit om hier een issue van te maken want hààr reputatie staat op het spel en dat vervolgens de komende jaren vol te houden. Piet’s reputatie daarentegen is nu geheel naar de Filistijnen en niets lijkt daar meer verandering in te kunnen brengen.

Read more

Wat een spreker is die man

10 jaar van m'n leven...


 

Ooit, ergens in mijn middelbare schooltijd, moest ik geheel onverwachts iets voordragen voor de klas. De desbetreffende leerkracht, een of andere Duitse wijf kenau die 't standaard op mij had voorzien, vond 't nodig mijn angst-tot-spreken-in-het-openbaar uit te buiten en dertigplus leerlingen een gegarandeerd komische ochtend te bezorgen.

Geen idee meer wat ik daar moest vertellen, ik vermoed een geheugen-blokkade, maar alles wat ik me herinner van die situatie is dat ik kennelijk vijf minuten heb staan stamelen, met tot gevolg rood aanlopen, spontane Parkinson en een collectief gedragen hilariteit.

27-09-2009-15

Sindsdien kun je spreken van een trauma; ik vermijd situaties waar groepsvorming-van-meer-dan-twee-personen aan de orde is. Creatief als ik ben is me dit tot op de dag van vandaag prima gelukt. Of eigenlijk; tòt afgelopen zondag… 

Ondergetekende, communicatie-medewerker in een jeugdinrichting, had de schone taak op zich genomen om, samen met een team van vrijwilligers, een soort van familie-open-dag te organiseren; collega's werden uitgenodigd om nieuwsgierige familieleden eens de binnenkant van een jeugdgevangenis te laten zien.

Beveiliging geregeld evenals de catering. Routes bepaald, sportzaal ingericht, geluid; check. So far, so good. Tot dat …

"Zeg, als jij straks het welkomstwoordje doet, wil je dan even zeggen dat men…?"

 

Euh. Wacht even. Time-out. Hét welkomstwoord doen? Ik? Welnee!

De baas zou immers regelen dat een afdelingshoofd of groepsleider of .. 

"Nee, nee. De baas heeft gezegd dat jij als communicatiemedewerker dat soort zaken hoort te doen. Dus als je straks het woord voert, wil je dan zeggen dat…?"

Ik paniekte. Begon hevig te transpireren. Defcon One. Was maar zo'n stap verwijderd van weglopen. Naar huis. Onder een deken. Weg!

En ik zag mezelf weer voor die klas staan …

Echter, naarmate het Uur U naderde won de rede het van de paniek. "Een echte eamel loopt niet weg. Kom op, zeg. Een schop onder je hol moet je hebben! Je bent toch geen watje? Hoe geloofwaardig ben je als communicatiemedewerker als je niet eens een groepje mensen te woord kunt staan? Nou?"

En zo kon het zomaar gebeuren dat ik daar, weliswaar bloednerveus, stamelend en badend in het zweet, maar toch het woord stond te doen ten overstaan van twee keer honderdvijf-en-twintig man (+m'n trotse ouders! 😍).

En dat.. dàt was een overwinning op mezelf.

En 'de baas'? Wel, je kan een eikel zo'n clown vent een rode neus op zetten maar het blijft een eikel.

 


Read more