En ineens was hij dood: de enige Bekende Nederlander, ooit aangeschreven door ondergetekende. Ik schrok ervan. Dat was mijn éérste gedachte.
De tweede die me te binnen schoot, was: "Zou hij 't nog gelezen hebben? En zo ja, in wat voor toestand?" Om met de woorden van een bekende clown te spreken: dàt bekeek ik even aan de binnenkant van mijn ogen:
"Een huiskamer ergens in de grachtengordel. Het meubilair heeft plaats moeten maken voor een industrieel ziekenhuisbed, dichtbij het raam in de voorkamer. Want de patiënt mijmert graag over passanten en de denkbeeldige zaken die hen bezig houden. Zo nu en dan een notitie die, achteraf bezien, het memoblok nooit meer zullen verlaten. |
"Dat is echter niet wat hem bezig houdt. Terwijl zijn dochters zich giebelend aan de eettafel een weg banen door de laatste roddels en mevrouw Bril nog even doorrommelt in de keuken neemt hij de dagelijkse post door; een brief van zijn uitgever, een vraag van de redactie van de VK waar zijn column blijft, enige onbeduidende faxen en nog wat dubieuze (fan-)mail. |
Het antwoord blijft echter achterwege. Maar zoiets stel ik me daarbij voor.
Die Martin. Hij is niet meer. Moge Hij Rusten In Vrede.
Wiki. Necrologie. Blogs. Nu.nl