Dààr zit het. Half verscholen onder een struik. Een hartstochtelijk miepende donsfoetus.
Uit het feit dat er een slap pootje uit hangt diagnosticeer ik ter plekke 'dat het wel gebroken moet zijn'. Dat de eend gewoon oververmoeid is komt niet bij mij op; ik heb er tenslotte niet voor geleerd.
Nadat ik de honden aan een boom heb gehangen -die wil je niet in je buurt als pasgeborene- besluit ik het pulletje bij de hoorns te vatten. Dat valt niet mee. Hysterisch krijsend vlucht het kreng de struiken in.
Niet God.
Even denk ik er beter aan te doen de natuur haar gang te laten gaan, ik ben tenslotte God niet en derhalve niet gekwalificeerd te beschikken over Leven & Dood, maar besef me dat ook ik deel uitmaak van die natuur en dus breng ik het Heb Uw Naaste Lief-principe in de praktijk. Ik gris haar uit de struik en neem 'r mee naar huis.
Tóch nog religie.
Ergens.
Enfin.
Onderweg komen we een Muskusfamilie tegen. Pa Muskus is tegen ongewenste adoptie en doet een Tony Montana.
We maken dat we weg komen.
Smakelijke niertjes.
Inmiddels laat Facebook van zich horen, opwindende gebeurtenissen als deze deel je natuurlijk gelijk met de rest van de wereld, en al gauw komt de eerste suggestie binnen;
"Al is het zonde om z'n smakelijke niertjes onbenut te laten natuurlijk"
Hoewel verleidelijk, ik ben geen fan van wild maar wél van mening dat je àlles een keer geprobeerd moet hebben, lijkt het me toch beter het piepende pluche een kans te geven. Dat doen zwarte kraalogen met je.
Wat nou doos?
Eenmaal thuis krijgt Niertje (want zo heet ze nu) een doos met een deken, een fles heet water daaronder (eamel's variant op een ku-ns-tmoe-der) en een warme lamp erboven. Het maakt allemaal geen indruk; Niertje schijt de hele boel onder, gaat in d'r waterbak staan om deze vervolgens om te schoppen, zit overal behàlve onder de lamp en vooral; Niertje wil uit de doos.
Samen.
Vanaf dat moment zijn we samen. Ze heeft haar plek gevonden onder mijn overhemd waar ze verwonderd de wereld aanschouwd. We kijken tv, we hangen aan de pc, zij slobbert eendenkroos en ik mensenwhiskey. We zetten koffie samen, gaan gezamenlijk naar de plee. Gaan in bad*. Samen. We zijn gelúkkig met z'n twee.